Het immuunsysteem
- Esther
- Apr 2, 2021
- 3 min read
Wat is het immuunsysteem en waarom hebben sommige mensen weinig klachten tijdens een infectie?
Het immuunsysteem beschermt het lichaam tegen micro-organismen. Dit kunnen bacteriën, virussen, parasieten, gisten en schimmels zijn. Hiervoor heeft het lichaam 3 verschillende verdedigingslinies.
Huid en slijmvliezen
Met de huid en slijmvliezen word bedoeld het eerste contact met een M.O. (huid, inademing, innemen)
Op onze huid leven bacteriën. Deze bacteriën horen bij het microbioom van de huid. Ze beschermen je tegen pathogene micro-organismen. Wanneer de huid al bezet is met je microbioom is er weinig plek voor pathogene micro-organismen om te kunnen groeien. Wanneer je een oppervlak aanraakt waar pathogenen bacteriën aanwezig zijn, kan je deze vervolgens afwassen met water en zeep. Wanneer je de huid wast met zeep zullen ook de bacteriën van je microbioom verloren gaan. Dit zal betekenen dat pathogenen bacteriën makkelijker een plek kunnen bemachtigen op de huid.
De longen zijn altijd steriel (vrij van Micro-organismen). Wanneer je M.O. inademt blijven ze plakken in de slijmlaag dat geproduceerd wordt door de trilhaarepitheel cellen. Dat zijn oppervlakte cellen van de luchtwegen. Deze cellen bewegen de slijm naar boven. Deze kan vervolgens uitgehoest worden of worden doorgeslikt. De slijmlaag kan de meeste M.O. neutraliseren maar natuurlijk kan het voorkomen dat er toch micro-organismen een infectie kunnen veroorzaken in de luchtwegen.
Je kan ook besmet voedsel/drinken binnen krijgen. De 1e verdediging van het lichaam is het maagzuur. Door het zuur zullen de meeste M.O het lootje leggen. Sommige M.O. kunnen het zuur overleven. Deze komen dan in de darmen terecht. In de darmen zitten veel soorten bacteriën. Onder andere E.coli. Hierdoor krijg je hetzelfde effect als op de huid. Door de hoeveelheid darmbacteriën is de kans dat de pathogene bacteriën een plekje kan bemachtigen vrij klein. De kans wordt groter wanneer iemand last krijgt van diarree. Hierdoor gaan er veel bacteriën van de darmen mee.

De aangeboren afweer
Soms kan het zijn dat M.O. toch na de 1e verdediging het lichaam binnen kan dringen. Hierna zullen de afweer cellen het overnemen. De meeste M.O. worden opgegeten door een afweercel genaamd fagocyten Ik vind het altijd een beetje op een PacMan lijken. Het eet als het ware vreemde M.O. op. De cellen bevinden zich in de weefsels. In het bloed zitten ook afweercellen. Dit zijn witte bloedcellen en macrofagen (is eigenlijk hetzelfde als een fagocyt). Er zijn in totaal 5 verschillende soorten witte bloedcellen. De witte bloedcel dat aanwezig is bij infecties is de Neutrofiele granulocyt.
Maar je hebt ook bacteriën die juist gebruik maken van fagocyten. Ze worden dan opgegeten maar kunnen in de cel vervolgens vermeerderen en de fagocyt kapot maken. Een bacterie die dat kan is Legionella.
Naast cellen heeft de aangeboren afweer ook eiwitten. Deze eiwitten binden aan de buitenkant van het M.O. Hierna volgt een reeks van eiwitten die aan elkaar gaan binden. Deze maken vervolgens een gat in de bacterie cel en de cel zal dood gaan. ( je kan het vergelijken wanneer je een ballon kapot prikt)
De verworven afweer
De cellen voor de verworven afweer worden ook wel dendritische cellen of antigeen presenterende cel genoemd. Deze cellen zoeken naar M.O. die niet in het lichaam thuishoren maar ook kankercellen. Wanneer ze een cel/M.O heeft gevonden eet de cel hem op en de eiwitten op de buitenmembraan wordt op een soort van dienblad gepresenteerd aan andere cellen. (MHC II dienblad). De cel zal via de lymfeklieren naar de Milt gaan. Hier liggen de T cellen te wachten op een dendritische cel. De dendritische cel met het gepresenteerde eiwit bind aan een T cel. De T cel zal via de bloedbaan naar de plek gaan waar de infectie aanwezig is. Er worden ook B-cellen gevormd. Deze cellen maken plasmacellen. De plasma cellen maken specifieke antistoffen tegen het M.O.
Na de besmetting blijven een aantal T- en B geheugencellen over die snel kunnen reageren als er weer een infectie plaatsvind met dezelfde verwekker. Hierdoor krijgen de personen bij een 2e infectie nauwelijks klachten doordat de cellen al gevormd zijn en gelijk kunnen reageren.

Bij een 1e infectie van een bepaald M.O maak je IgM (immuunglobuline type M) aan. Deze wordt pas laat actief en er wordt maar een beperkte hoeveelheid aangemaakt. Bij een 2e infectie maak je ook IgG aan deze is sneller actief, wordt snel gevormd en blijft na de infectie nog voor een tijd actief in het lichaam.

Comments