BACTERIËN IEUW
- Esther
- Jun 7, 2019
- 2 min read
Updated: May 17, 2021
Als biologisch analist ben je ook bezig met bacteriën. Iedereen heeft miljoenen bacteriën maar waarom hebben we die? Bacteriën zijn eencellige organismen. Ze zitten overal, maar je kunt ze niet zien. Sommige bacteriën zijn pathogeen dat wil zeggen dat ze stoffen kunnen aan maken waar je ziek van kan worden. Niet alle bacteriën zijn ziekmakend. Je hebt ook bacteriën die juist heel bruikbaar zijn. Zoals E.coli. Dat is een bacterie die in je darmen leeft. IN JE DARMEN? GADVERDAMME! Je lichaam kan geen vitamine K produceren. Maar de E.coli bacterie wel.
Op het laboratorium heb je verschillende technieken die je kan gebruiken om te onderzoeken welke soort bacteriën waar groeien of in zitten. Ook onderzoeken we of er eventuele pathogene bacteriën in voedingsmiddelen zit (salmonella in voeding). Dat willen we natuurlijk voorkomen.
In veel situaties is het belangrijk te weten met welk micro-organisme je te maken hebt. Er mogen natuurlijk geen pathogenen in voeding aanwezig zijn. Laboranten zullen dan proeven uitvoeren om te kijken of er daadwerkelijk pathogenen in het product zitten ook kunnen ze een bepaling doen hoeveel er in zit. Bij elke soort bacterie is er een grenswaarde opgesteld die je binnen mag krijgen als de waarde hoger is dan de grens waarde mag het product niet verkocht worden.
Maar hoe onderzoeken we dat nou?
Elke bacterie is anders denk dat 1 soort bacterie een persoon is. Noah houdt bijv. van stamppot terwijl Evie juist van soep houdt. Noah zou dus eerder ergens zijn waar stamppot is dan soep. Zo kan je het vergelijken met bacteriën de ene houdt wel ergens van terwijl de andere er juist uit de buurt wil blijven. Zo kunnen wij aan de hand van die gegevens onderzoeken welke bacterie het is.
Kommentare